Portfolio a.
Ik ben Loes van Velzen 22 jaar en woon sinds augustus 2010 in arnhem. Ik ben geboren en getogen in Deventer. Daar ben afgestudeerd aan de PABO en het vervolgens een jaar voor de klas gestaan. Nu ben ik weer aan 4 jaar studie begonnen om met name mezelf te ontwikkelen en te kijken of het lesgeven in het middelbaar onderwijs mij aanspreekt.
Sterke punten:
Pedagogisch:
Ik weet altijd wel een goed klimaat te creëren waar mensen zich veilig in voelen. Ik ben sociaal sterk en leg gemakkelijke contact.
Samenwerking:
Ik ben sociaal en niet te beroerd om iets te vragen of iemand te helpen. Ik vind het belangrijk dat je bij je collega’s/ medestudenten met problemen terecht kan en dat moet andersom ook kunnen.
Zwakte punten:
Pedagogisch:
Ik klap vaak dicht bij lesgeven aan medestudenten. Dat is heel stom want ik heb geen problemen wanneer ik voor kinderen lesgeef. Misschien de angst dat mijn medestudenten mij “door zullen hebben”. Dat ik stiekem toch allemaal niet zo goed weet.
Vakinhoudelijk, didactisch:
Ik weet nog vrij weinig van mijn eigen discipline laat staan wat van de andere. Ik ben wel erg nieuwsgierig maar mijn kennis mag nog een behoorlijk boost krijgen.
Organisatorisch:
Ik was voorheen organisatorisch echt een ramp. Ik heb dan ook op mijn vorige opleiding telkens de organisatie als hoofd doel gesteld.
Ik merkte vooral dat in het jaar dat ik ben gaan werken ik enorm gegroeid ben omdat ik me toen niet meer kon veroorloven chaotisch te zijn. Toch is structuur iets wat nog niet bij mij vanzelf komt en waar ik aan wil blijven werken.
Persoonlijke doelen:
Ik heb mijn persoonlijke doelen samengesteld aan de hand van de volgende beroepstaken.
- het ontwikkelen, ontwerpen en uitvoeren van CKV lessen.
- het ontwikkelen, ontwerpen en uitvoeren van interdisciplinaire projecten, zowel binnen- als buitenschools.
- het ontwikkelen, ontwerpen en uitvoeren van kunst (algemeen) lessen.
Beroepstaak 1
Je selecteert voor jouw medestudenten een culturele activiteit in jouw eigen of in een nabije discipline en ontwerpt rondom die culturele activiteit voor jouw medestudenten zoel voorbereidende als verwerkende activiteiten. Daarvoor ontwikkel je lessen, lesmateriaal en lesbrieven.
Ik zou graag deze periode meer te weten willen komen over de andere disciplines. Er voor zorgen dat mijn vakkennis een stuk breder wordt en dat ik daardoor veel sterker in het vak CKV sta. Ik heb al veel ervaring met het creëren/ ontwikkelen van lessen, lesmateriaal en lesbrieven, maar dit was allemaal gericht op het jonge kind. Ik wil ervoor zorgen dat mijn lessen wel een bepaalde diepgang hebben zodat ik deze lessen ook aan mijn medestudenten zou kunnen geven.
Mijn doel is deze periode goed op te letten tijdens het bezoeken van elkaar lessen. Welke overeenkomsten zijn en wat zijn de duidelijke verschillen. En vooral kijken hoe geeft een ander les en wat kan ik daar van opsteken.
Beroepstaak 2
Je maakt nader en vooral in praktische zin kennis met de andere disciplines: theater, beeldende kunst, dans en of muziek en ontwikkeld een eigen visie op de leerlijn kunst en cultuur.
Ik ben erg voor samenwerking en van elkaar leren. Ik denk dat dat erg belangrijk gaat worden bij interfaculteit. Samen een project opzetten en leren van elkaar. Zowel van de andere discipline als van hoe iedereen les geeft. Ik denk ook altijd dat je meer leert door te doen. We hebben al eerder een eigen les ontwikkeld en deze verzorgt voor de studenten uit de andere faculteiten, maar ik zou nog graag wat meer zelf willen doen met de andere faculteiten. De bijvoorbeeld een drama les te geven.
Beroepstaak 3
Je reflecteert mondeling en schriftelijk op de presentaties van jezelf en jouw medestudenten.
Reflecteren is niet een van mijn sterke punten en ook zeker nog een onderdeel van mijn persoonlijke doelen. Ik denk door goed op jezelf en andere te reflecteren je bewust wordt van je sterke en zwakke punten. Door met elkaar te reflecteren en te evalueren leer je elkaar een goede les te geven. Ik denk dat de studenten elkaar vooral veel kunnen helpen/leren met het ontwikkelen van lessen uit andere discipline.
Mijn leerdoelen voor stage:
Hierboven heb ik al een aantal persoonlijke doelen gesteld. Hieronder heb ik aan de hand van de 7 competenties nogmaals mijn doelen en hoe ik deze wil gaan bereiken in mijn stage aangegeven.
1. Interpersoonlijk competent:
Mijn doel is een professionele band met de leerlingen te krijgen waarbij ik een goede balans vind tussen de vriendelijke leuke lerares en toch nog de leiding hebben. Ik wil duidelijk mijn grenzen aangeven. Wanneer kan er gezellig gedaan worden en wanneer moet er hard gewerkt hebben. Ik wil zelf heel duidelijk in mijn regels zijn.
Hoe?
Veel observeren kijken hoe de leerkracht dit doet.
Veel het gesprek met de leerlingen aan gaan. Daar dan wel zo de afstand in bewaren dat ik niet het “vriendinnetje” ga worden.
Zowel bij de observatie lessen als de twee lessen die ik zelf ga geven wil ik duidelijk naar de leerlingen zijn. Wat verwacht ik van ze en wat kunnen ze van mij verwachten. Dit door van te voren duidelijk mijn regels en grenzen aan te geven en deze ook consequent te hanteren.
2. Pedagogisch competent:
mijn doel is een leeromgeving te creëren waarbij leerlingen zelfstandig kunnen werken. Waar ze zich veilig voelen en fouten durven maken. Naar hun klasgenoten en naar mij toe. Dat de leerlingen weten dat ze bij mij terecht kunnen.
Hoe?
Ook hier veel het gesprek aan te gaan. Leerlingen te helpen. Goed lijken hoe de leerkracht hier mee omgaat.
3. Vakinhoudelijk, didactisch competent:
mijn doel is boven de stof te komen staan zodat ik de stof goed aan de leerlingen kan overbrengen. Ik wil goed op de hoogte zijn van onderlinge verschillen zodat ik goed op ieders niveau kan inspelen en daarbij de leerlingen te stimuleren het beste uit zichzelf te halen.
Hoe?
Veel observeren. Goed mijn lessen voorbereiden zodat ik weet waar ik het over heb en niet in paniek raak bij onverwachte vragen.
4.Organisatorisch competent:
Mijn doel is mijn zaken goed voor elkaar te hebben. Niet voor rare verrassingen komen te staan die eigenlijk had kunnen voorkomen.
Een duidelijke structuur creëren voor mezelf en de leerlingen.
Duidelijke tijdsaanduiding
Hoe?
Mijn lessen goed voorbereiden. Van te voren over allerlei zaken nadenken en dan met de nadruk op het klassenmanagement.
5.Competent in het samenwerken met collega’s:
ik wil deze periode zowel goed samenwerken met Yoleen. Dat je van elkaar leert en elkaar steunt. Samenwerken met mijn mentor. Dat ik haar niet in de weg loop en de samenwerking met de rest van het team.
Hoe?
Veel initiatief tonen. Proberen te helpen waar nodig, Veel overleggen en vragen stellen.
6.Competent in het samenwerken met de omgeving:
Ik denk niet dat ik deze stage al veel met ouders of b.v. het bezoeken van bepaalde instanties te maken zal hebben. En dus nog net echt dat contact zal hebben. Mocht dat toch het geval zijn zal ik veel overleggen met mijn mentor.
7.Competent in reflecteren:
Ik wil deze periode meer op mezelf gaan reflecteren. En doormiddel van die zelf reflectie een goed beeld te krijgen van mijn sterke en zwakte punten.
Hoe?
Na de les of na een stage dag op papier te reflecteren wat er die les of dag zo goed is gegaan en hoe dit gekomen is. Wat kon er beter en waarom?
________________________________________________________________________
Portfolio deel B
In mijn portfolio a heb ik een sterkte zwakte analyse samen gesteld, zie hieronder. In dit portfolio blik ik terug op afgelopen periode aan de hand van een nieuwe analyse.
Analyse portfolio a:
Sterke punten:
Pedagogisch:
Ik weet altijd wel een goed klimaat te creëren waar mensen zich veilig in voelen. Ik ben sociaal sterk en leg gemakkelijke contact.
Samenwerking:
Ik ben sociaal en niet te beroerd om iets te vragen of iemand te helpen. Ik vind het belangrijk dat je bij je collega’s/ medestudenten met problemen terecht kan en dat moet andersom ook kunnen.
Zwakte punten:
Pedagogisch:
Ik klap vaak dicht bij lesgeven aan medestudenten. Dat is heel stom want ik heb geen problemen wanneer ik voor kinderen lesgeef. Misschien de angst dat mijn medestudenten mij “door zullen hebben”. Dat ik stiekem toch allemaal niet zo goed weet.
Vakinhoudelijk, didactisch:
Ik weet nog vrij weinig van mijn eigen discipline laat staan wat van de andere. Ik ben wel erg nieuwsgierig maar mijn kennis mag nog een behoorlijk boost krijgen.
Organisatorisch:
Ik was voorheen organisatorisch echt een ramp. Ik heb dan ook op mijn vorige opleiding telkens de organisatie als hoofd doel gesteld.
Ik merkte vooral dat in het jaar dat ik ben gaan werken ik enorm gegroeid ben omdat ik me toen niet meer kon veroorloven chaotisch te zijn. Toch is structuur iets wat nog niet bij mij vanzelf komt en waar ik aan wil blijven werken.
Bij deze analyse ben ik vooral erg gericht op mijn lesgeven. Hoe geef ik les tegen mijn medestudenten? In totaal hebben we twee maal les moeten geven. De eerste keer in kleine groepen waarbij we de andere disciplines kennis laten maken met die van onze. De tweede keer zijn we bezig geweest met kunstbeschouwing wederom vanuit onze eigen discipline. Wat ik erg leuk heb gevonden is dat bij beide lessen de over studenten erg gemotiveerd en oprecht geïnteresseerd waren. Verder hebben we bij elkaar gekeken tijdens het project en daarbij gelet hoe iedereen op zijn eigen manier het project vorm geeft. We zijn tijdens interfaculteit met name bezig geweest met het werken aan het project zelfportret. Zodoende heb ik nu ook een andere sterke zwakte analyse samengesteld.
Sterke punten
Ik ben erg leergierig. Waneer we gemengd worden met de andere disciplines ben ook echt benieuwd hoe zij de lessen hebben vorm gegeven en hoe zij bezig zijn met hun vakgebied. Vervolgens komt natuurlijk het punt wat ik daarvan kan leren en zelf kan gaan gebruiken.
Het maken van de lessen voor elkaar ging erg goed. Zowel wat betreft samenwerking als het creëren van de culturele activiteit zelf. Ik was van te voren erg bang dat ik hier moeite mee zou hebben. Toch bleek dat de ideeënsnel kwamen en zo de lessen vlot waren voorbereid. Ik merk vaak dat ik een leidende rol aan wil nemen. Soms doe ik dat ook maar probeer ook andere de ruimte te geven.
Zwakte punten
Ik vond het erg lastig om mijn werk te presenteren tegenover de andere disciplines. Het presenteren en dus ook beargumenteren was heel eng. Ik moet denk ik meer zelfvertrouwen kweken over mijn eigen werk om vervolgens compleet achter te durven staan.
ik vond het erg moeilijk om een aspect van een andere discipline te nemen en die te verwerken in mijn eigen werk. Al snel kom je dan bij hele voor de hand liggende ideeën. Zorgen dat je onderdelen niet letterlijk overneemt maar deze omzet naar je eigen discipline. Dat omzetten had ik heel veel moeite mee. Gelukkig kregen we veel feedback tijdens de lessen.
Drie relevante momenten
- Nabespreking in groepen. De laatste les waarbij we een multidisciplinaire vertaling hadden gemaakt en aan elkaar lieten zien. Hier was er echt ruimte om samen alles goed te bespreken. Hoe hebben andere gedacht en waar zijn zij mee bezig geweest?
Wat ik daarbij ook erg interessant vond was wat hebben andere gebruikt van onze discipline? Erg leuk vond ik dat het groepje wat ik in mijn project had verwerkt ook elementen uit die van mij hadden gebruikt. Ik had hun echo verwerkt en zij mijn contour lijnen. Wel merkte ik dat theater over het algemeen best veel beeldend hadden gebruikt, maar dans nauwelijks. Ik heb op dat moment er niet aangedacht te vragen waarom dit het geval was.
- Bij elkaar komen kijken. De middag dat we bij elkaar hebben gekeken vond ik erg leuk. Je mag even een kijkje nemen in een les dag van een ander. Alleen waren het niet echt normale lessen. Zowel dans als theater hadden wat voorbereid wat natuurlijk een geheel ander beeld geeft dan een normale les. Des al niettemin erg interessant om even bij te mogen zitten. Op onze beurt mochten zij ook bij ons komen kijken. Nou hebben we natuurlijk ons werk vaak aan elkaar moeten presenteren maar ik kwam er achter dat het presenteren van je eigen werk aan vreemde mensen enorm eng is. Het feit dat jou werk heel persoonlijk is en dat anderen daar dan een oordeel over gaan geven. Het gekke is dat je van je eigen discipline erg onzeker bent en denkt dat andere het allemaal zoveel beter hebben gedaan terwijl wanneer je de andere spreekt zij precies het zelfde gevoel hebben. Ik denk dat je ook wel snel onder de indruk bent voor dat gene wat je nog niet goed kent.
- De eerste lessen die we aan elkaar gegeven hebben. Op dit moment had ik echt het gevoel dat ik interdisciplinair bezig was. Het geven van mijn eigen les vond ik niet echt bijzonder. Het ging wel goed en volgens mij vonden de andere het ook erg leuk, maar zelf vond ik het deelnemen aan de andere lessen erg leuk. Hoe geven andere les? Wat houdt theater en dans nou eigenlijk in. Ik was ook erg blij met het feit dat ik in een zeer gemotiveerde en geïnteresseerde groep zat. Het is natuurlijk veel leuker om les te geven aan een groep die ook echt oprecht willen weten wat je te zeggen hebt.
Evaluatie
We zijn begonnen met het les geven in onze eigen discipline. Dit heb ik als zeer leerzaam ervaren. Je leert van hoe de ander lesgeeft en dan met name in een andere discipline. Jammer was dat we tijdens de kunstbeschouwing wederom vanuit onze eigen discipline les moesten geven. Ik had het leuker gevonden om een van de twee lessen vanuit een vreemde discipline te geven. Zo leer je echt waar je op moet letten. Ik denk dat je je extra goed voor zal bereiden omdat je anders door de mand zal lopen. Je medestudenten moeten juist goed opletten of dit de manier is zoals zij het ook zouden doen. Ik denk dat je elkaar hierdoor ook mee op ideeën brengt.
Het project het maken van een zelfportret van erg goed bedacht. Ieder maakt een zelfportret en presenteert deze aan elkaar. Een goede manier om elkaar te leren kennen. Alleen is iedereen wel erg op zijn eigen eilandje aan het werk. Ik had dan toch liever vaker met elkaar les gehad. Meer bespreken en meer mengen. De momenten dat we samen kwamen waren dan ook erg leerzaam. De lessen dat we bijvoorbeeld bij elkaar kwamen kijken. Met name de laatste les waarbij de mogelijkheid was het project met elkaar te bespreken. Erg leuk om te zien hoe gepassioneerd iedereen is.
Wat betreft ons eigen project. Ik vond dat de 2d en 3d opdrachten wel samengevoegd mochten worden. Ik leefde erg van opdracht naar opdracht. Waarbij niet echt naar het eindproduct werd gekeken. Pas echt bij de laatste week werd de nadruk op het eind product gelegd. Gelukkig had ik vlot een idee waar ik enthousiast over was, maar ik weet van medestudenten dat andere erg onder tijdsdruk kwamen te staan.
Verder vond ik het hele interfaculteit zo vreselijk snel gaan. Achteraf bleek dat de organisatie goed in elkaar zat maar daar heb ik telkens op het moment weinig van meegekregen. Alles ging in zo’n sneltrein vaart dat ik telkens het gevoel had achter de feiten aan te lopen. Waar dat precies aan gelegen heeft weet ik niet, maar het waren wel erg veel indrukken in een korte tijd. Dat is natuurlijk een beetje inherent aan deze opleiding.
Verder was de werksfeer erg prettig. De samenwerking met de andere disciplines is me erg goed bevallen. Ik vond dat iedereen echt voor elkaar opstond. Bij dit soort projecten is het fijn dat iedereen even enthousiast mee doet en denkt.
Over de communicatie in de lessen was ik aan het begin van dit kwartaal niet echt te spreken. Ik had nou niet het idee dat de overdracht echt lekker verliep. Halverwege heb ik veel meer aan de begeleiding tijdens de bijeenkomsten gehad. Wel moesten er vaak veel mensen wachten totdat ze aan de beurt waren. Misschien handig als er van te voren een rooster samengesteld wordt zodat mensen weten hoe ze hun tijd goed kunnen indelen.
Ik vond het een leuk project en kijk vol enthousiasme uit naar de volgende samenwerking met Theater en Dans.
_________________________________________________________________
Uitwisseling interfaculteit
Theater
Thema
De studenten van Theater hadden voor ons een kleine presentatie voorbereid waarbij het thema echt/onecht centraal stond. Ik was best een beetje onder de indruk over hoe goed dit thema was weergegeven. Het leek alsof er erg goed over nagedacht was.
Zo had een meisje het over dat wanneer ze gewoon zichzelf is ze niet weet wat echt en onecht is. Dat wanneer ze speelt ze zeker weet dat alles onecht is en dat dat een soort rust geeft.
Locatie
De locatie was een theater lokaal wat de studenten aangewezen hadden gekregen. Deze had verder niet meer betekenis voor de presentatie. Toch zijn het mooie lokalen. Erg neutraal zodat al je aandacht naar het stuk gaat. De akoestiek was er ook erg mooi. Op een gegeven moment werd er een nummer gezongen waar zeker de haren op mijn armen van overeind gingen staan.
Middelen
Er werd heel weinig gebruik gemaakt van extra middelen. Er werd met name gebruik gemaakt van eigen lichaam en stem. Ik vind het juist heel kwam dat je dus eigenlijk met minimale middelen heel veel kan gebruiken. Het zelfde geldt voor dans. Er voor zorgen dat je met je lichaamstaal en stemgeluid een bepaalde boodschap over kunt brengen. Wat ik vooral er mooi vond om te zien was het contrast wat gebracht werd tussen de boodschap, verbale, en de non-verbale houding. Door heel vrolijk met een blij hoofd te vertellen dat je vader is overleden. Daardoor sta je langer bij dingen stil.
Opbouw
De presentatie bestond uit verschillende korte stukjes. Zo moesten wij aan het begin in een rij gaan staan. De studenten van theater stonden tegenover ons. Een voor kwamen een aantal studenten ons wat vertellen wat zij van theater vonden. Best confronterend en intimiderend. Achteraf blijkt dat de studenten van theater dit nog veel enger vinden. De overige stukjes ging over imitaties van elkaar. Wat is dan nog echt? Zang overeenkomst. Twee stemmen samen een laten worden. Een lied dat op verschillende manier gezongen of voorgedragen werd. En als laatste een verhaal wat afgewisseld werd met zang. Doordat er een bepaalde emotie eraan toe gevoegd werd kreeg het stuk meer gelaagdheid.
Dans
Thema
Ik vind het erg lastig om het verhaal in een dans te ontdekken. Het thema echt/onecht kon ik er dan ook niet uithalen. Wel past het heel goed bij het maken van een zelfportret. Zo’n dans is natuurlijk heel persoonlijk. Je stelt jezelf heel kwetsbaar op en laat jezelf letterlijk zien aan de andere studenten.
Later toen we elkaar disciplines moesten verwerken heb ik veel meer begrepen van de dans solo’s. Ze hadden tekst toegevoegd. Dan zie je opeens heel goed het verhaal dat wordt weergegeven.
Locatie
De solo’s werden in de dans studio opgevoerd. Een mooi groot lokaal. De dansers hadden de opdracht gekregen op tijdens hun solo’s vooral rekening te houden met de plaatsing in de ruimte.
Middelen
Bij dans heb je natuurlijk alleen je lichaam als middel. Toen ik daar zat merkte ik opeens hoe belangrijk ook muziek is. Muziek bepaald de gehele sfeer van het stuk en dus ook de interpretatie. Desalniettemin moeten de dansers het met heel weinig doen. Ik vind het erg knap dat ze met hun lichaam en mimiek zoveel emoties in een dans kunnen krijgen.
Opbouw:
We begonnen de les met drie aparte solo’s. Vervolgens werden de overige studenten onderverdeeld. De groepen moesten vervolgens een draai geven aan de eerde gegeven solo’s. Er moest nog wel een duidelijke overeenkomst zijn. Ook moest er wederom goed rekening gehouden worden met de ruimte. Wat ik er knap vond was dat ze heel veel heel snel konden onthouden. Al die pasjes werden daar ter plekken verzonnen en later perfect herhaald. Daarbij was er bij het oefenen niet al te veel ruimte. Bij het opvoeren gebruikte de groepen juist wel weer de hele ruimte. Dat hebben ze dus van te voren allemaal goed moeten plannen. Hieronder een klein overzicht over hoe de groepen van te voren te werk gingen.
Groep 1
Deze waren vrij snel aan de slag gegaan. Meteen duidelijke grote passen. Ze waren duidelijk bewust van de ruimte. De leider is meteen bezig met het doorgeven van de passen. Er wordt verder weinig gekletst meer meteen gedaan.
Groep 2
Hier wordt meer overlegd. Meer mensen uit de groep die met ideeën komen. Er worden ook kleinere bewegingen gemaakt. Minder gebruik van de ruimte.
Dit is overigs niet meer het geval bij de uitvoering. Dan zijn ook hier de passen groter en wordt er meer gebruik gemaakt van de ruimte.
Groep 3
Ook deze groep gaat meteen aan de slag. Er is weinig sprake van overleg. Combinatie van kleine en grotere passen. Hier wordt wel veel aandacht besteed aan de emotie en de gedachte erachter. Er voor zorgen dat de boodschap duidelijk overgebracht wordt.
_________________________________________________________________
Les Fotografie
Wat ging er goed?
De opdracht werd goed door de studenten begrepen. Er waren weinig vragen en men ging meteen enthousiast aan het werk. Ook bij de evaluatie bleek dat de opdracht goed begrepen was en het resultaat er mocht zijn. Er waren foto’s gemaakt waarbij je duidelijk kon zien wat de studenten geprobeerd hadden.
Waardoor kwam dat?
Ik denk dat we een heldere uitleg hadden. Hierbij hadden we ook een aantal begrippen aangeboden wat de opdracht ook gemakkelijk te begrijpen maakte. Ook liepen we tijdens het maken van de foto’s rond om overige problemen te verhelpen.
Wat ging er niet goed?
Ik denk dat onze intro beter had gekund. Dit samen met de informatie over de kunstenaar. Het was nu een beetje een bij elkaar geraapt zooitje. Van alles een beetje.
Waardoor kwam?
Ik denk dat we te veel wilde doen in een te korte tijd. Hierdoor hadden we een hele korte discussie (die niet echt veel te maken had met onze opdracht) en ook de informatie van de kunstenaar/ tentoonstelling waren niet echt relevant. Dit misschien ook omdat onze les 2 dagen daarvoor ook al gegeven was en de essentie van de les dus al duidelijk was.
Is het les doel bereikt?
Zeker. Voor mij was het vooral belangrijk de andere studenten lol te laten beleven aan het maken van foto’s en daarbij goed na te denken over de compositie. Ik denk dat dat zeker gelukt is. Dit aan de hand van het commentaar van de mede studenten en het resultaat van de foto’s.
_________________________________________________________________
“Zijn films zijn al legendarisch nog voordat ze in de zalen vertoond worden.”
“Ow vet! Je hebt Pulp Fiction in je kast staan! Wat goed dat je die hebt!” Mijn reactie was dat deze film uiteraard in ieders filmverzameling voor moest komen. De waarheid was dat dit de filmcollectie van mijn vader was en ik nog nooit Pulp Fiction gezien had. Dit mocht mijn toekomstige liefde van mijn leven natuurlijk niet te weten komen aangezien hij het juist zo “vet” vond dat ik deze film in mijn bezit had. Om mijn geheim te bewaren moest ik natuurlijk meteen toen hij vertrok de film gaan kijken. Met lichte tegenzin. Weer zo’n mannenfilm met veel geweld, seks en drugs.
De films van Tarantino zijn ruw, gewelddadig en soms ook grof. Toch weet hij alles heel luchtig te houden met veel humor en aparte muziek keuzes.
Daarnaast zijn er verbluffende scènes met speciale effecten die nooit eerder zijn vertoond. Zijn films zijn al legendarisch nog voordat ze in de zalen vertoond worden. Tarantino speelt continu met een soort contrast wat zorgt voor een bepaalde vervreemding. Als voorbeeld de vechtscène tussen O-ren Ishii and the Bride, Kill Bill, een indrukwekkende scène die wordt ondersteund door vrolijke Spaanse Flamengo muziek. Hij speelt in feite met de werkelijkheid. Scènes waarbij vrouwen in slowmotion door de lucht vliegen, verlammingen die binnen een paar uur weer geheel over zijn en scènes die direct uit een droom lijken te komen. Deze onwerkelijkheid maakt het geheel heel luchtig en soms ook heel grappig om naar te kijken.
De verschillen tussen doorgaande films kan ik vaak alleen maar aangeven vanwege het genre. Maar verder herken ik daar geen duidelijke regisseur in. Tarantino zorgt er wel voor dat mensen weten dat ze naar zijn films zitten te kijken. Allereerst door zijn eigen naam duidelijk in beeld te brengen, een hoofdstuk indeling, sterke dialogen, indrukwekkende vechtscènes en mochten mensen het dan nog niet door hebben komt hij zelf ook nog even beeld in gastrollen of voice over.
Pulp Fiction
John Travolta, Bruce Willis, Samuel L. Jackson en Uma Thurman zijn de grote namen die in deze film spelen. Vier individuele verhaallijnen die in de film
samen komen. Een rode draad is moeilijk te vinden en toch valt alles in de film op zijn plaatst. Twee misdadigers die een koffer voor de baas te pakken moeten krijgen. Ondertussen moet een van hun ook nog eens op de vrouw van de baas letten die tot overmaat van ramp een zware overdosis drugs binnen krijgt. Een hoop problemen die allemaal opgelost dienen te worden.
In de beeldende kunsten is er vaak een duidelijk handschrift te zien van de maker. Gebruik van materiaal, techniek, kleur enz. Bij een film zou je denken dat je veel minder vrijheid hebt om je eigen
stijl te creëren.Tarantino laat zien dat dit niet het geval is. Zijn contrasten in zijn werk zijn een inspiratie. Zijn contrasten zorgen voor spanning en sensatie. Maakt het werk echt aantrekkelijk. Deze gelaagdheid zou ik graag ook in mijn eigen werk willen stoppen. Er voor zorgen dat mensen net iets langer bij mijn werk stil staan. Misschien omdat ze het net even niet snappen, het hun verwart en bezig houdt.
Sommige noemen hem een genie andere gestoord. Hoe dan ook hij maakt emoties los bij mensen en ik zal enorm gelukkig zijn als mijn werk dat later ook bij mensen zou doen.
Tegenwoordig is de film daadwerkelijk in mijn bezit en kom ik bij mensen thuis en zeg ik: “Ow
vet! Je hebt Pulp Fiction in je kast staan! Wat goed dat je die hebt!”
Quentin Tarantino
Quentin is geboren op 27 maart 1963 in Knoxville, Tennessee USA. Hij ging niet graag naar school en heeft deze dan ook nooit afgemaakt. Hij was meer een voorstander van het leren in de praktijk. Zo is hij na enkele baantjes uiteindelijk bij een videoarchief in Los Angeles terecht gekomen. Hier heeft hij vijf jaar gewerkt en enorm veel filmkennis opgedaan. Daar ontmoet hij Roger Avary. Samen werken zij aan 'Reservoir Dogs', 'True Romance' en 'Pulp Fiction'. Uiteindelijk worden ze ontdekt door John Langley die ze binnen haalt bij Cinetal Productions. Vervolgens wordt de een na andere film uitgebracht. Quentin staat op de kaart en wordt overal ter wereld erkend om zijn grote talent. Pulp Fiction is de grote favoriet en op het Cannes Film Festival wint hij de Palm D'Or. Ook wordt de film genomineerd voor Oscars als 'Beste Film', 'Beste Regisseur' en 'Origineelste Script'. Deze laatste mocht Quentin samen met zijn vriend Roger mee naar huis nemen. Typisch aan Quentin dat hij vaak zichzelf mee laat spelen,als een soort van handtekening in zijn eigen werk.De bekendste films zijn: Reservoir Dogs (1992) Pulp Fiction (1994) Jackie Brown (1997) Kill Bill (2003/2004)Death Proof (2007) Inglourious Bastards (2009)
_________________________________________________________________
Onderzoek
Ik heb mijn artikel geschreven volgens de opbouw van het krantenartikel “Kunstenaars over Kunstenaars” Vooral de keuze voor een goede titel vond ik erg lastig. Als eerste ben ik gaan kijken wat ik nou eigenlijk zo interessant vind aan mijn eigen vak. Ik denk dat ik dat verhaal kan verdelen in drie hoofdstukken. Die van hoe ik zelf naar andere kunst kijk en wat mij daarbij dus fascineert, wat ik met mijn eigen werk wil zeggen en waarom ik zoveel plezier beleef aan het maken van mijn werk.
Ik kan andermans werk erg bewonderen omdat de kleuren zo fantastisch zijn, het qua techniek heel knap gedaan is, heel erg vernieuwend is of ik er echt helemaal niets van begrijp. Het feit dat je iets met je handen kunt maken en dat dat anderen ontroerd, raakt of verwonderd. Dat zou ik natuurlijk ook heel graag met mijn eigen werk willen bereiken. Toch kan ik niet echt zeggen dat ik daar altijd zo bewust mee bezig ben als ik dingen maak. Ik kan namelijk heel erg genieten van het gewoon domweg bezig zijn. En dan vooral het echte monniken werk. Van dat kleine gepriegel wat heel therapeutisch werkt. Het kan dan zomaar zijn dat er verder helemaal geen diepere betekenis achter ligt. Dat vind ik misschien dan ook wel zo fascinerend aan de beeldende kunst: niets moet en alles mag. Dit dan ook met betrekking op het thema echt/ onecht. Er bestaan geen regels over wat er wel en niet gemaakt mag worden. Ik vind het geweldig om naar de werken van Dali te kijken. Schilderijen met de meest bizarre droomachtige voorstellingen. Je kan je dus helemaal laten gaan als je wilt.
Zo ben ik uiteindelijk gekomen bij de regisseur/producent/acteur Quentin Tarantino.
Ook hij laat zich helemaal gaan met zijn films. De meest bizarre scènes komen in zijn films voor. Ik heb altijd het idee dat er in de film wereld altijd wel bepaalde regels gelden over wat wel en niet kan of mag. Quentin bewijst dat het ook heel anders kan en laat zien dat films ook tot de echte kunst behoort.
Om meer over Quentin Taratino zelf te weten te komen heb ik op verschillende sites gekeken. Dit voor zijn biografie maar ook hoe zijn films nou eigenlijk precies in elkaar zaten. Verder heb ik vooral het artikel geschreven vanuit eigen ervaring/mening.
http://nl.wikipedia.org/wiki/Quentin_Tarantino
Hier heb ik gelezen welke films hij zoal gemaakt heeft. Ook staat hier dat er veel overeenkomsten te vinden zijn tussen de films. Zo heeft hij blijkbaar iets met blote voeten en zit er bijna in elke film een “trunkshot”. Deze filmkenmerken heb ik niet allemaal in mijn artikel gebruikt maar je leert zelf wel meer over hoe hij over zijn films nadenkt.
http://www.film1.nl/people/bio.php?id=287
Op deze site stond een hele fijne biografie. Zo kreeg ik een goed beeld hoe hij de filmindustrie is ingerold. Op deze zelfde site stond ook nog wat informatie over de film pulp fiction. Uiteindelijke heb ik meerdere sites gebruikt om iets over de film te vertellen en daarvan uiteindelijk 2 procent in het artikel verwerkt.
Je wordt echt dood gegooid met de meest kleine details. Met name op deze site: